Brandbrief Minister Helder

Brandbrief Minister Helder

Minister Helder is voornemens om extra bezuinigingen door te voeren in de ouderenzorg. In een brandbrief aan de minister hebben 27 ouderenorganisaties in Groningen en Drenthe hun grote zorgen hierover geuit.

Transitie ouderenzorg vraagt om zuurstof, niet het mes op de keel

Geachte minister Helder,

Het aantal ouderen neemt hard toe terwijl het aantal jongeren afneemt. We stevenen af op
een zorginfarct: de zorgvraag neemt enorm toe terwijl het personeelsaanbod afneemt. Een
ontwikkeling die aan de randen van Nederland nog harder gaat dan in de Randstad.

Vooropgesteld: wij zijn als ouderenzorginstellingen zelf – samen met inwoners van wijken en
dorpen – aan zet om de zorg voor ouderen te veranderen. Mogelijke oplossingen moeten in
eerste instantie van onszelf komen. Combinatie tussen zorg van onze kundige mensen en
informele zorg vanuit naasten of dorps-/buurtgenoten is iets dat wij samen moeten
organiseren. Geholpen door ontwikkeling en toepassing van zorgtechnologieën die maken
dat mensen langer thuis kunnen blijven wonen.

Het mes op de keel
Het anders organiseren van de zorg voor onze ouderen betekent binnen onze organisaties
een enorme verandering waar hard aan gewerkt wordt. Dat merken we ook in onze regionale
samenwerking: we leveren samen een enorme inspanning om de zorg toekomstbestendig te
maken. We vragen veel van elkaar en onze medewerkers maar gelukkig in goede
samenwerking. De stip op de horizon is helder, de route er naartoe wordt ons echter
nagenoeg onbegaanbaar gemaakt.

De afgelopen periode zijn we in een hoog tempo geconfronteerd met een stapeling van
financiële kortingen die op langere termijn een dramatische uitwerking gaan hebben. In de
Haagse discussie en in Kamerdebatten wordt vaak gewezen op extra middelen en allerlei
subsidiepotten. Die middelen zijn meestal tijdelijk en bieden ons geen structurele oplossing.
We kennen allemaal de voorbeelden van subsidies waar de tijd en kosten van het aanvragen
niet opweegt tegen de voordelen. Die extra middelen lijken een oplossing maar zijn dat op
langere termijn niet. Het vergroot de onzekerheid over onze financiële positie omdat de
structurele problemen er niet mee worden aangepakt.

Kortom: in financieel opzicht wordt ons het mes op de keel gezet en gaan we een bijzonder
sombere periode tegemoet. Daarom schrijven we deze brandbrief.

Meer met minder
De kortingen waar we mee geconfronteerd worden doen geen recht aan de enorme opgave
waar wij in het Noorden aan werken. Het macrobudget daalt, wat leidt tot kortingen op onze
begroting. Vier jaar geleden kregen we extra kwaliteitsmiddelen, zodat we konden zorgen
voor meer personeel en daarmee meer aandacht voor de mensen die we verzorgen. Daarop
leveren we de komende jaren in, waardoor we deze bezetting niet meer halen.

We krijgen minder geld om ons vastgoed te financieren, te onderhouden en noodzakelijke
nieuwbouw te realiseren. En om onze verpleeghuizen te verwarmen. Dat alles met fors
stijgende huren en energierekeningen die in sommige gevallen stijgen met dubbele cijfers
per jaar. Tegelijk wordt er wel van ons verwacht dat we bijdragen aan een ‘green deal’ en ons
vastgoed verder verduurzamen. Iets waar geen aparte financiering voor is. We moeten dus
meer voor minder doen.

Looneisen
Bovendien worden we geconfronteerd met looneisen van 15%. Onze mensen zijn het waard,
het is logisch dat die vraag er ligt. Zeker nu in andere zorgsectoren de salarissen groeien,
moet er ook in de ouderenzorg wat gebeuren om te voorkomen dat mensen overstappen
naar een andere sector en de krapte nog verder toeneemt. Deze stijging gaat echter niet
volledig gecompenseerd worden. Oftewel: extra salaris, ten koste van het toch al krimpende
budget. Meer geld, maar minder collega’s. Een onverteerbaar effect voor onze collega’s én
cliënten.

Gapend financieel gat
Dit alles bij elkaar zorgt ervoor dat de financiële basis onder onze instelling wankel is
geworden. Als we nu niets doen, dan zullen de gaten in onze bedrijfsvoering vanaf 2024
overduidelijk worden. We schatten in dat we gezamenlijk, als 25 Noordelijke
ouderenzorgorganisaties, volgend jaar naar schatting ruim meer dan
100 miljoen euro tekort gaan komen.

Met minder geld wordt de druk op onze medewerkers onverantwoord groot, en daarmee op
de ouderen en hun naasten aan wie wij zorg verlenen. We hebben alle mensen nodig die we
kunnen krijgen, de financiële kortingen zullen er onder meer voor zorgen dat (nog) meer
zorgprofessionals onze mooie sector verlaten.

Wijkzorg dreigt vast te lopen
We snappen dat zorg in wijken/buurten en de inzet van zorgtechnologieën delen van de
oplossing kunnen worden. Maar daar is tijd voor nodig. Zeker in plattelandsgebieden zoals
het Noorden zijn afstanden relatief groot. De wijkzorg dreigt nu al helemaal vast te lopen en
dan staan we pas aan het begin van de vergrijzingsgolf. Juist hier groeit het aantal ouderen
sneller dan elders in Nederland. Het tekort aan personeel groeit sneller. En voor veel
inwoners spelen complexe problemen van armoede, eenzaamheid tot de
aardbevingsproblematiek.

Zorg voor zuurstof, draai kortingen terug
De acties op korte termijn zijn simpel: haal de financiële kortingen van tafel en zorg dat onze
budgetten niet nog verder onder druk komen en dat onze basis solide blijft. We schrijven
deze brief dus niet om meer geld te vragen, wel om dreigende kaalslag voor de ouderenzorg
in Nederland en het Noorden in het bijzonder te voorkomen. De transitie van de
ouderenzorg vraagt om zuurstof, niet het mes op de keel.

Het is noodzakelijk nu alarm te slaan: er zijn nog 15 weken te gaan tussen nu en Prinsjesdag.
U kunt als minister van Langdurige Zorg – samen met het ministerie van VWS en de Tweede
Kamer – in actie komen om de kortingen voor 2024 van tafel te krijgen. Onze opdracht is fors,
dat vraagt alle inzet in de complexe transitie die we doormaken. Met behoud van ons huidige
budget kunnen we zorgen voor ouderen van nu en morgen. En kunnen we blijven werken
aan het goed organiseren van de toekomst van de zorg.

Uiteraard in het besef dat kortingen van tafel extra geld in de begroting betekent. De
maatschappelijk kosten van het verdere uithollen van de ouderenzorg zullen uiteindelijk vele
malen hoger uitpakken.

Slot
Deze brandbrief ondertekenen wij als bestuurders van 27 (ouderen-)zorgorganisaties uit het
Noorden van het land. Samen vertegenwoordigen wij zo’n 30 duizend cliënten en bij
benadering 30 duizend medewerkers en vrijwilligers. Wij zijn ervan overtuigd dat problemen
veel breder spelen dan alleen in het Noorden van het land. Wij spreken voor onszelf en
geven u graag mee dat het in financieel opzicht voor veel ouderenzorg organisaties vijf voor
12 is.

Noord Nederlandse Coöperatie van Zorgorganisaties (NNCZ) Roeli Mossel
ZINN Carry de Niet
De Hoven Jannie Nijlunsing
Zonnehuisgroep Noord Nienke Ybema
De Leyhoeve Gre Wiskerke-Hulshof
Dignis Inge Pesch
TSN Paul Lafranca
Westerholm Dineke Katerberg
Zorggroep Groningen Janita Gorte
Het Hooge Heem Klaas Lindeboom
Noorderzorg Alexandra Tuin
Vredewold Goos Knol
Zorggroep Oosterlengte Ismay Kremers
De Blanckenborg Herma Fridrichs – de Vries
Zorggroep Meander Charles Laurey
BCM Aart van Walstijn
De Zorgzaak Marlies Bijl
Zorggroep Drenthe Gerben Krewinkel
Derkshoes Miep van Es
ZZWD Mariska Roeters
De Bremhoeve Meta Kroon
De Westerkim Ria Knotters
Icare Gia Wallinga
Zorggroep Antonius Paul ter Riet
Interzorg Groep Jan Douwe de Jong
Treant Paula Nelissen
Interzorg Noord Nederland Peter van der Noord

Geadresseerden
We richten de brandbrief aan de minister voor langdurige zorg (Conny Helder).
En kopie versturen we naar:
– Vaste Kamercommissie VWS
– Actiz (met een heads up)
– Verzekeraar/ zorgkantoor
– Colleges B&W Groninger en Drentse gemeenten (plus mogelijk Friesland)
– Gemeenteraden
– Provincies (gedeputeerde staten + CdK)
– Interne stakeholders (cliëntenraden, medezeggenschap, intranetten